
Meubelmaker Henk Both zit al bijna een halve eeuw in het vak. Sinds 1986 is hij werkzaam voor De Boer Maatwerk in interieur in Gouda, het bedrijf dat in november 2015 werd overgenomen door de Zoetermeerse ondernemer Jacob de Boer. Het Gouds Dagblad interviewde de 63-jarige Henk, een vakman pur sang. ‘Meubelmaker is een uitstervend beroep.’
Al 48 jaar in het vak
Henk Both zit al 48 jaar in het vak als meubelmaker. Hij begon ermee op zijn vijftiende, nadat hij zijn opleiding aan de technische school had afgerond. Min of per toeval rolde hij het vak in. ,,Op school bleek dat ik geen timmerman, maar meubelmaker moest worden. IJzer zag ik niets in en schilderen is helemaal niks voor mij. Dat geknoei met die kwasten, nee. Het werk als meubelmaker is er ingeslopen. Ik was vijftien toen ik begon bij een oude meubelmakerij en zo ging dat steeds verder. Ik doe het nog steeds met veel plezier.”
Al meer dan dertig jaar is Henk in dienst van De Boer (voorheen Tamse), waar hij inmiddels productieleider is. Balies, kantoorinrichting, kasten, soms banken, speciale wandlampen; vele opdrachten komen voorbij. ,,Alleen stoelen doen wij niet, tegen een stoelenfabriek kunnen wij niet op.” Hij geniet in optima forma van zijn ambacht. ,,Vooral in het interieurwerk maak ik aparte ontwerpen van architecten. Als ik dat goed kan uitvoeren en de architect en klant zijn tevreden, dan heb ik ook een goed gevoel.”
Energie
Wat vindt hij het leukste om te doen? ,,Het liefste doe ik buigwerk, ronde vormen. Tafels, ronde balies, ronde hoeken aan een balie aanbrengen; dat is mooi om te maken. Omdat ik het toch ineens goed moet zien te krijgen. Ik kan daar mijn energie in kwijt. Als het dan lukt, dan heb ik het weer naar mijn zin. Als het mislukt, dan ben ik een dag niet te genieten. Maar dat gebeurt niet zo vaak.”
Dat laatste is natuurlijk te danken aan de tientallen jaren ervaring én de juiste vaardigheden waarover Henk beschikt. Niet iedereen is zomaar even een capabele meubelmaker. Integendeel. ,,Je moet goed tekeningen kunnen lezen, inzicht hebben. Je moet je een voorstelling kunnen maken van hoe het er uit komt te zien. Is het zoals je denkt dat het is op die tekening? Is het ook uitvoerbaar? Ze kunnen wel eens iets ontwerpen dat ik denk; hoe moet dat voor elkaar komen?”
Uitdagende klussen
Maar Henk wil niet spreken van vervelende klussen. Die bestaan niet in zijn ogen. Louter uitdagende klussen. ,,Bepaalde soorten meubels of balies met specifieke hoeken. Het is een uitdaging om dat in één keer goed te doen en de afmetingen juist te krijgen. Toen ik pas bij de firma Tamse begon, moesten we in een gebouw van de Nederlandse Bank plafonddelen in verschillende lagen aanbrengen.”
Henk pakt een stuk papier en begint te tekenen, alsof het de dag van gisteren was dat hij de klus deed.
,,Het was écht een uitdaging om alles goed op te hangen, met de hoeken precies. Dat is het moeilijkste dat ik ooit gedaan heb. Ben ik wel trots op.” En dan was er nog eens die bijzondere klus in een brillenwinkel. ,,Een collega en ik moesten een lamp van zeven meter rond ophangen aan een plafond van acht meter hoog. Die lamp zat vast aan één middelpunt en had allerlei aftakkingen, zoals de iris van je oog. Waren we een dag of drie meer bezig. Op het moment dat ik bezig was, dacht ik; gaat dit wel goedkomen?”
Uitstervend ras
Of zijn beroep tot een uitstervend ras behoort? ,,Ja. De opleidingen zijn niet meer zoals vroeger. Dat heeft met nieuwe ontwikkelingen te maken. Er zijn steeds meer machines, 3D-printers en programmeurs die dingen kunnen maken. Bang? Nee, nooit. Ik heb ook nooit overwogen een ander beroep te zoeken.”
Commitment
Henk is niet alleen een vakman, hij is ook een bevlogen vakman. Dagelijks staat hij om 05:00 uur op en een uur later is hij al aan het werk. Tot 17:30 uur, of tot 18:30 uur als het zo uitkomt. Waar die passie vandaan komt?
,,Zit in mij denk ik en misschien heeft het ook met mijn opvoeding te maken. Mijn vader werkte vroeger bij een boer. Hij kon in de winter zien of het licht aanging bij ons thuis. Als mijn licht niet om 06:30 uur aanging, dan was hij er om 06:40 uur en dan zei hij tegen mij; wat is er aan de hand? Ga maar naar je werk en als je echt ziek bent, dan brengen ze je thuis. Hup, gaan. Die instelling heb ik dus wel: gewoon gaan, niet zeiken.”
Bron en foto’s Gouds Dagblad.